Middenveldorganisaties stappen naar de Raad van State om de uitsluiting van CAF uit de openbare aanbesteding van NMBS te eisen.

Middenveldorganisaties stappen naar de Raad van State om de uitsluiting van CAF
uit de openbare aanbesteding van NMBS te eisen.

Er is zojuist een verzoekschrift ingediend bij de Belgische Raad van State waarin wordt geëist dat het
Spaans/Baskische bedrijf Construcciones y Auxiliar de Ferrocarriles (CAF) wordt uitgesloten van een
contract ter waarde van 3 miljard euro met de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwege
(NMBS).

De zaak is aangespannen door Intal, Vrede vzw, 11.11.11. en Al Haq Europe, vertegenwoordigd door
het Progress Lawyers Network.

CAF is nauw betrokken bij het onderhoud en de uitbreiding van de zogenaamde Rode Lijn van de
Jerusalem Light Rail in Israël en bouwt momenteel de nieuwe Groene Lijn. Deze lijnen verbinden
illegale Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever met West-Jeruzalem. Deze
nederzettingen palmen Palestijns grondgebied in en gaan gepaard met de gedwongen verplaatsing
van Palestijnen, wat volgens het internationaal recht oorlogsmisdaden zijn.
Een samenvatting van ons juridisch verzoekschrift bezorgen we u op aanvraag.
Met deze belangrijke juridische actie klaagt een coalitie van Belgische en internationale
mensenrechtenorganisaties de NMBS aan omdat zij zich niet houdt aan ethische normen bij haar
openbare aanbestedingsprocedures.

Deze zaak schept een cruciaal precedent om openbare instellingen verantwoordelijk te houden voor hun economische banden met bedrijven die betrokken zijn bij ernstige schendingen van het internationaal recht, in het bijzonder zij die zich medeplichtig maken aan gruweldaden zoals genocide en misdaden tegen de menselijkheid.

De NMBS moet CAF uitsluiten van haar openbare aanbestedingsprocedure om haar wettelijke
verplichtingen na te komen. De spoorwegmaatschappij moet voor aanbestedingen een mensenrechtenbeleid invoeren zodat investeringen in en contracten met bedrijven die medeplichtig zijn aan ernstige schendingen van de mensenrechten, in het bijzonder gruweldaden, niet langer mogelijk zijn.